Wat een enorme stad is het toch! Zo’n 25 miljoen mensen in een groot stedelijk gebied; het is als een land met verschillende provincies. Dat gezegd hebbende is het centrum overzichtelijk en de verschillende wijken ook met allemaal een eigen karakter en bezienswaardigheden. *

Mexico Stad is dé plek van streetfood; op iedere hoek van de straat is een standje waar je onder andere tacos, quesadillas, churros kunt kopen. De Mercado de San Juan is dé markt voor foodlovers en de plek waar de local zijn versproducten haalt. Een perfecte plek dus om alle lekkernijen te ontdekken. Het is mogelijk om met een gids een foodwandeling te maken door de stad en gelijk een introductie te krijgen over het Mexicaanse eten en te horen hoe divers de keuken in dit immense land wel niet is. Dit is pas de eerste stop tijdens deze reis…

* In het centrum, El Centro, draait alles letterlijk om het beroemde centrale plein, El Zócalo. In deze wijk staan de Kathedraal, het Nationaal Paleis zetel van de regering en het museum El Palacio de Bellas Artes en El Templo Mayor. Deze laatste is de basis van Mexico Stad; de Spanjaarden hebben hun steden voornamelijk gebouwd op bestaande nederzettingen van de oorspronkelijke bevolking.  Een van de musea die eigenlijk een échte must-see is in El DF (dat staat voor Distrito Federal), zoals de locals zeggen is het nationaal museum van Antropologie. Een reis door de geschiedenis van de wereld en uiteraard Mexico is hier prachtig uiteengezet. Dit museum bevindt zich in het Bosque de Chapultepec waar ook het Castillo de Chapultepec, het voormalig verblijf van de koning is gevestigd. Dit park vormt de longen van Mexico Stad en in de weekenden en avonden vinden families, vrienden en stelletjes hier volop vertier.

De wijk Condesa is groen, rustig, kleinschalig en je voelt je hier helemaal op je gemak; Mexico lijkt hier totaal geen enorme metropool. Gezellige cafés en restaurants tussen Parque de España en Parque de Mexico liggen aan de Avenida de Amsterdam. Je kunt hier ook heel goed een fiets huren, er is een soort wit/groene fietsenplan. Roma en Roma Norte liggen tussen het centrum en Condesa in en zijn voor Patiperra het échte Mexico: tacostandjes op iedere straathoek, lekker gezellig druk op straat en  vrijwel geen toeristen.

Als je een metro, bus of taxi pakt naar Coyoacán dan denk je werkelijk dat je de stad verlaten hebt. Een groen dorp, het is er rustig, het leeftempo is laag, er is een markt waar je overheerlijke tacos kunt eten en fijne straatjes om je in te verliezen. Frida Kahlo woonde hier en haar huis is vandaag de dag een museum.

Voor diegenen die wel houden van een “over-the-top” Mexicaanse ervaring: ga naar Xochimilco! Een klein dorp in een delta waar je boottochtjes kan maken door de vele kanalen. Wat maakt het “over-the-top”? De overvloed aan aangeboden eten, muziek, bootjes. Dit is een populair weekenduitje voor iedere Mexicaan die in de buurt woont. Je kunt Mariachi’s inhuren die vanaf hun boot voor je spelen. En ook als je ze zelf niet hebt uitgenodigd, dan nog hoor je de Mariachi’s overal om je heen…

Een foodtour is uiteraard opgenomen tijdens het verblijf in deze metropool. Met een gids probeer je quesadillas, bezoek je markten en krijg je een eerste introductie in de Mexicaanse keuken die maar heel weinig te maken heeft met de TexMex keuken waar onze Mexicaanse gerechten vandaan komen.  Anthony Bourdain was hier met zijn chef uit New York en heeft de échte Mexicaanse keuken goed leren kennen.

Een bezoek aan een van de indrukwekkendste tempelcomplexen van Mexico: Teotihuacan, de geboorteplaats van de 5de zon. Deze archeologische site dateert uit 500 voor Christus en heeft bestaan tot 750 na Christus. Het is niet bekend welk volk deze plek precies bewoond heeft. Het is een bijzondere plek en een bezoek meer dan waard.

In de middag brengt een transfer je naar Puebla. Puebla de los Angeles is een prachtige stad met een mooi koloniaal centrum en fijne sfeer. Dit is een van de weinige steden die niet gebouwd is op resten van bestaande nederzettingen van precolumbiaanse volkeren zoals Mexico Stad. De Spanjaarden wilden een stad vestigen die helemaal van hen was, waar geen indigenas woonachtig waren en die op de route van Mexico Stad naar de havenstad Veracruz lag.

Dé lekkernij van deze stad is de Mole Poblano, werkelijk een overheerlijk gerecht evenals de Chile en Nogada die in de maand september wordt gegeten. Het gerecht heeft de kleuren van de Mexicaanse vlag en is om die reden beroemd in de maand dat de Onafhankelijkheid wordt gevierd op 16 september. Met een teleférico kan je naar boven om een prachtig uitzicht over de stad te krijgen en in de wijk Xanenetla vind je veel muurschilderingen; werkelijk een prachtig staaltje street art. Daarnaast is de Palafoxiana bibliotheek de moeite waard en het cultureel centrum waar het in is gevestigd. De Kathedraal is gevestigd op het centrale plein van de stad en de architectuur is gebaseerd op de Sint Peter Basiliek in Rome. Je kunt een bezoek brengen aan het knusse Cholula dat tegen Puebla aanligt. De plaatsen zijn tegenwoordig verbonden met een treintje. In Cholula ligt de grootste piramide van Mexico: Tlachihualtepetl. Bovenop de piramide is een kerk gebouwd door de spanjaarden, maar tunnels zijn te bezichtigen en er is een klein museum.

In Puebla ga je leren hoe de échte Mole Poblano wordt gemaakt. Een werkelijk overheerlijk gerecht dat je vervolgens thuis nog eens kan proberen te maken…

Met de bus reis je naar Oaxaca, bakermat van chocolade, mezcal en de Zapoteken cultuur. Dit is het hart van de Mexicaanse keuken en iedere Mexicaan zal dat bevestigen. Je kunt hier een wandeling over de markten van Oaxaca maken en uiteraard zelf aan het kokkerelen slaan. Als je érgens iets wilt leren over de Mexicaanse keuken, dan is dat immers hier.

Opgenomen in de reis zijn een bezoek aan Monte Albán en een kookmiddag met een Mexicaanse familie op het platteland. De archeologische site van Monte Albán daterend uit 600 voor Christus is een bezoek meer dan waard. Het zijn niet alleen de piramides, maar ook het uitzicht over de omgeving die deze site boeiend maken. Op het platteland bij een familie thuis word je gastvrij ontvangen en help je mee in de keuken. Nog niet uitgekookt of geproefd? Er zijn tal van restaurantjes in Oaxaca waar je chapulines (sprinkhaantjes), mole of de befaamde tlayudas kunt eten. Overheerlijk met een fris biertje of natuurlijk een glaasje Mezcal…

Na een paar dagen genieten van de culinaire hoogstandjes en de stad Oaxaca, wat een leuke stad is het toch ook!, neem je een vlucht naar Cancún waar je de auto ophaalt en het selfdrive avontuur door Yucatán kan beginnen. Het is een klein stukje rijden naar het ontspannen Puerto Morelos waar je een nachtje geniet van de relaxte caribische sfeer.

Na een nachtje bijslapen en een eerste glimp te hebben opgevangen van de Caribische Zee in het kleine relaxte Puerto Morelos maak je je klaar voor de rit naar Mérida. Onderweg rij je door de gemoedelijke stad Valladolid. Een van de zogenaamde Pueblos Mágicos heeft het centrum een mooi koloniaal hart. Met slechts 45.000 inwoners is dit vandaag de dag oprecht een klein en gemoedelijk stadje. In het begin van de 20^ste eeuw was het de derde stad van Yucatán. Vandaag de dag is het een uitvalsbasis voor veel bezienswaardigheden. De bekendste is de Mayastad van Chichen Itzá die op 40km ten oosten van de stad ligt. Dit was de belangrijkste Mayastad tussen 600-900 AD in het laagland. De verschillende architecturale bouwstijlen die je hier vindt, wijzen op een interactie van verschillende Maya volken die deze stad hebben bewoond of er hun invloed hebben gehad. De tempel Kukulkán, ook wel het kasteel, El Castillo, genoemd is het meest indrukwekkende bouwwerk hier. Kukulkán is de slangengod die hier van de piramide naar beneden komt gekropen. De Mayacultuur onderscheid de boven-, midden- en onderwereld. De bovenwereld geeft aan, middels astrologie, waar je bent en ik welke tijd. Op basis daarvan wordt bepaald welke rituelen er wanneer worden uitgevoerd. De Mayacultuur kent veel goden die behaagd moeten worden. De Slangengod is hier een van; het dier staat symbool voor wedergeboorte dankzij het afscheiden van zijn vel. Daarnaast is het ook de connectie tussen de midden- en onderwereld.

Mérida is de hoofdstad van Yucatán en met 1 miljoen inwoners ook de grootste stad van het schiereiland. Het is een prachtige koloniale stad met het typische centrale plein, gekleurde huizen en veel herenhuizen. De stad is net als veel koloniale nederzettingen gebouwd op een Mayanederzetting. Dat was hier T’hó en de stenen van de precolumbiaanse huizen zijn gebruikt tijdens de opbouw van de stad. Het Gran Museo del Mundo Maya opende hier zijn deuren in 2012 en is geheel gewijd aan de Mayacultuur die zo overheersend is in deze regio. een absolute aanrader!

Een prachtige dagtochtoptie vanuit Mérida is de Ruta Puuc. Een route door het binnenland van Yucatan waarbij je een 3tal kleinschalige mayacomplexen kan bezoeken. Weinig bezocht en dat houdt de magie van deze bijzondere plaatsen levend. Labna, Xpalak, Sayil, Kabah en klap op de vuurpijl Uxmal zijn stuk voor stuk bijzonder.

Cancún/Puerto Morelos – Mérida: 300km/4hr

Mocht je van roze flamingo’s houden, rijd dan zeker via Celestún naar Campeche. Een boottochtje door het Parque Natural del Flamenco Mexicano is prachtig. Dankzij de visserij die hier een grote rol speelt, kan je hier ook overheerlijk lunchen in een van de lokale restaurantjes.

Het centrum van Campeche is overzichtelijk en knus. De koloniale binnenstad wordt beschermd door 3,5 meter dikke muren. De stadsmuur moest de inwoners en goederen bescherming tegen Britse piraten die hier in de 17^de eeuw huis hielden. De haven van Campeche gold als een van de doorvoerhavens van goederen die vanuit het binnenland via Cuba naar Europa werden verscheept.

In de Calle 59 hebben de voetgangers het voor het zeggen en vind je veel gezellige cafés en restaurants.

Mérida – Celestún – Campeche: 300km/4hr (rechtstreeks Campeche 185km, ca. 2hr)

Palenque is een klein junglestadje dat voornamelijk draait op het toerisme. Het is niet perse mooi, maar het is ook zeker niet vervelend hier te verblijven. Het archeologisch complex Palenque (foto links) ligt op zo’n 7km buiten het centrum en daar ben je met de auto dus zo. Bij de ingang staan gecertificeerde gidsen die hun diensten aanbieden, mocht je graag begeleid door het park willen lopen. Dit heeft overigens zeker en meerwaarde!

De watervallen van Misol Ha en Agua Azul zijn eigenlijk must-sees tijdens een bezoek aan Chiapas. Het kraakheldere water van Agua Azul is prachtig, ook voor een frisse duik, en in Misol Ha kom je via vlonders en rotsen zo dicht mogelijk bij de waterval. Mocht je niet zoveel tijd hebben: Palenque en de watervallen kan je in een volle dag beide bezoeken.

Een andere tip: ga op zoek naar de indrukwekkende Mayacomplexen van Yaxchilán (foto rechts) en Bonampak. Beide indrukwekkende sites, niet in het minst door de locatie verborgen in de jungle. Kleurrijke frescos in precolumbiaanse tempels vind je niet veel, behalve hier…

Afstand Campeche – Palenque: 360km/6hr

Door het laagland over een prima weg naar Xpujil, een klein typisch dorp in het laagland van de staat Campeche. Dit is de uitvalsbasis voor het indrukwekkende Mayastad Calakmul, gelegen in het gelijknamige biosfeerreservaat. De hoogtijdagen van de stad waren in de 6^de eeuw AD toen de inwoners de Maya’s van Tikal versloegen in een bittere strijd. Tikal en Calakmul liggen hemelsbreed dichtbij elkaar, maar er ligt een ondoordringbare jungle tussen. De stad Calakmul ligt 60km van de hoofdweg die Campeche met de Cariben verbindt en je zit dan ook écht compleet in de jungle. Verschillende piramides mogen beklommen worden en doe dat ook vooral: de uitzichten van boven zijn geweldig! Je bevindt je op een zee van jungle, van eindeloos groen… vogels en wind is het enige dat je hoort. En het mooie van Calakmul? Er komen maar heel weinig toeristen.

Het is hier ook aan te raden om met een gids op pad te gaan. Hij/zij geeft veel informatie over de Mayastad en kan je ook meenemen op een jungle hike. Apen, toekans en veel andere vogels, wilde zwijntjes, vosjes en met wat geluk een jaguar… je kan het allemaal tegenkomen hier in deze afgelegen rustige plek.

Sluit de dag af met een bezoek aan de vleermuizengrot op de weg terug naar Xpujil. Iedere avond rond 19.00hr verlaten hier duizenden, miljoenen vleermuizen de grot om hun magen te vullen in het natuurreservaat. Een indrukwekkend fladderend, niet heel fris ruikend maar zeker de moeite van het bezoek waard, schouwspel.

Palenque – Xpujil: 365km/5hr

Een kort ritje naar Bacalar, het meer van 7 kleuren. Bacalar is een aangenaam dorp, kleinschalig en zeker niet overlopen door toeristen maar toch met voldoende eet- en drinkgelegenheden. Je kan hier zwemmen in de Laguna Bacalar, een boottochtje maken naar verschillende cenotes, raften, suppen en natuurlijk gewoon een boek lezen aan het strand of zwembad van het hotel.

Wil je nu gelijk naar de Caribische kust rijden? Dan is Mahahual een heerlijke plek. Paradijselijk witte stranden, een rif net voor de kust waar je zowel kan duiken als snorkelen en voldoende restaurantjes en cafés om alle indrukken van deze reis even rustig te laten landen. Het is mogelijk om in het centrum van Mahahual te verblijven of in een van de resorts iets erbuiten.

Xpujil – Laguna Bacalar: 120km/2hr
Xpujil – Caribe/Mahahual: 225km/3hr

In zo’n 5 uur rij je terug richting Cancún waarbij je onderweg nog een stop kunt maken in Tulum. In Cancún lever je de auto in voor de terugvlucht.

Laguna Bacalar – Cancún: 335km/5hr
Mahahual – Cancún: 345km/5hr